Leo Kottke
Ik heb nog eens wat Leo bekeken op YouTube. Hoe meer ik van ‘m zie hoe meer ik wordt bevestigd in mijn bewondering voor zijn stijl, ritme, techniek, toon, en z’n langzame ontwikkeling over de jaren. Van de reckless abandon in z’n Sturm und Drang-periode tot aan zoiets mafs als “Oddball”. En niet te vergeten de af en toe opduikende stukjes pure schoonheid (Room 8, Maroon, The Quiet Man, Vertical Trees, Parade).
Zijn stijl is ongrijpbaar. Uit interviews is bekend dat Leo streeft naar het vermijden van de dead thumb, de heen en weer wippende duim die we kennen van andere gitaristen, en die hen voorspelbaar maakt. Kottke heeft een bewuste onvoorspelbaarheid gezocht en gevonden, binnen een loeistrakke ritmiek. Hij noemt Pete Seeger (“Living In The Country”) die het leading with i noemde. Daarbij werd de nieuwe harmonie voorgepikt met de wijsvinger, vóór de zware tel. Leo noemt het leading with the thumb. Zelf vraag ik mij af: hoe zou Blind Blake (doodgevroren in 1930), wiens naam in dit verband niet kan ontbreken, het hebben genoemd?
Het klinkt zo lekker simpel, dat ‘leiden met de duim’, maar helaas voor mij biedt het onvoldoende verklaring voor Leo’s spel. Bij Leo hoor je ook nog eens single-string loopjes, die naadloos opduiken en weer onderduiken in dat gepatenteerd onvoorspelbare pickingpatroon, waardoor alles nog ongrijpbaarder wordt. Voeg daarbij de mystiek van de 12-snarige gitaar met z’n irrationele octaafbesnaring, en je krijgt iets wat mijn analysevermogens te boven gaat.
Laatst zat ik twintig minuten aan 4 maten intro van “Room At The Top Of The Stairs”, inclusief gebruik van de Amazing Slow Downer. Ik moest het opgeven, verdomme. Ik zal eerder kunnen spelen als John Williams dan als Leo Kottke. Hoe meer ik ‘m zie op YouTube, hoe ik meer ik vrees dat ik ‘m nooit echt zal begrijpen. Maar die man heeft iets moois ontwikkeld, iets origineels, dat hem naar mijn mening doet uitstijgen boven anderen.